Een Reis naar Titanische Gronden

Je van een technologie kunnen bedienen is nog lang geen meesterschap over techniek

Het is een zomerse zondag. Buiten is het 30º. We stappen in de auto en rijden ongeveer 45 minuten tot aan iets wat op de landkaart heel ludiek staat aangeduid met Etzweiler, in Duitsland. Het ludieke bestaat er uit dat Etzweiler niet meer bestaat. Het was een deelgemeente van Elsdorf. Niet alleen bestaat die deelgemeente niet meer, de grond waarop het dorp ooit stond, bestaat ook niet meer. Waar eens het dorpsleven zich voltrok is nu een groot gat van meer dan 200 meter diepte, alsof een enorme asteroïde is ingeslagen. Het gat ziet er echter totaal anders uit dan een inslagkrater.

We parkeren de auto en lopen tot aan de rand van het gat. Voor ons strekt zich een kilometers lange en even brede kloof uit. Maar hier is geen chaos te bekennen. Nauwkeurige, parallelle rijen grond. Elke volgende rij ligt een meter of tien dieper dan de vorige. Zo loopt het van weerszijden steeds dieper af naar het midden, naar een diepte van meer dan 200 meter. Dit is de bruinkoolmijn van Hambach. Om een beeld te schetsen, deze mijn is ongeveer 5,5 bij 6 kilometer in oppervlakte, en groeiende

x

Terwijl wij aan de rand van dit titanische, industriële fenomeen staan, staat achter ons een bus vol toeristen. De gids leidt hen naar de rand van de afgrond, de chauffeur haalt bankjes, stoelen en een parasol te voorschijn en richt een eigen lunchplek in, compleet met versnaperingen. Het is een surrealistisch beeld. Men komt niet om te kijken naar kathedralen, monumentale beelden of een der talloze culturele schatten die Europa geproduceerd heeft, maar naar een mijnbouwsite. Met zijn allen kijken we uit over dit terrein, dat erbij ligt alsof het een diepe wond is, open gereten door een botte bijl. Het beeld is in figuurlijke zin goed vergelijkbaar met oorlogswonden.

Wat ís het precies waar we met zijn allen naar kijken? Het is uiteraard geen natuur, want dat is afgegraven. Wij kijken niet eens naar techniek als zodanig, maar veeleer naar een titanische ingreep. Of beter gezegd, we kijken naar een anti-titanisch tafereel. Wat bedoel ik hiermee?

De titanen uit de Griekse mythologie beschikken over enorme oerkrachten die bergen kunnen doen verrijzen en diepe dalen kunnen slaan. Maar het doel van de titanen is anders dan dat van de mens. Zij zijn de hoeders van Orde en zij worden gedreven door de wetten van noodzakelijkheid. Het gaat over de zon die elke dag op komt totdat deze vergaat, de seizoenen die altijd weer terugkeren, en de onvermijdelijke cyclus van geboorte, groei en dood. Hun werk is in lijn met de fundamentele processen in de levende wereld.

Hambach is anti-titanisch in de zin dat het zowel de levende wereld ter plekke onderuit haalt als ook de wereld letterlijk open rijt om het te reduceren tot grondstoffen. Het grijpt in buiten de wetten van noodzakelijkheid. Hambach dient namelijk niet het leven zelf, maar het gemak van de mens.

En het grijpt in de structuur van de wereld in, zonder alle consequenties eerst meester te zijn. We beheersen namelijk wel de technologie om machines te maken, het ecosysteem te verwijderen en de aarde honderden meters diep om te ploegen, maar de lange termijn consequenties van de ecosystemen, waar de mens altijd van afhankelijk van zal zijn, worden nooit voldoende overzien en meegenomen in besluitvorming.

Heidegger schreef over de geest van techniek. Hij maakte een onderscheid tussen techniek die ‘hervor bringt‘ en techniek die ‘heraus fordert‘. Het verschil tussen hervorbringen en herausfordern kun je als volgt zien. Wanneer je, zoals in oude landbouw, het land omploegt en het zaad in de grond stopt, laat je de seizoenen, de regen en de wind het werk doen om de oogst tevoorschijn te brengen. De oogst wordt als het ware naar de mens gebracht. Dit is het idee achter hervorbringen. Dit gaat nog grotendeels met de natuurlijke bewegingen mee.

De bruinkool in de grond wordt echter niet naar de mens gebracht. Daarvoor moet men bossen kappen, grond en dorpen verwijderen, en ten slotte met brute kracht de kolenlaag aan de grond onttrekken. Wij dagen de grond uit met onze harde ingreep. Wij reduceren dat deel van de levende aarde tot resource, en eisen deze levende grond op als materiaal. Dit is herausfordern. De moderne landbouw is trouwens evenzeer geen hervorbringen meer, maar een herausfordern. Terwijl de natuurlijke ecosystemen uit deze akkers worden verdreven, verschraalt uiteindelijk de grond en raakt onvruchtbaar. Maar door er chemicaliën en insecticiden over te verspreiden wordt deze grond veranderd van natuurlijke, dragende grond in een broedmachine waar voor weinig ander leven plaats is.

Hambach daagt de aarde en alle processen van het leven uit. Door al het andere aanwezige te verdrijven, eist Hambach de tot grondstof gereduceerde aarde op. Dit heraus fordern is een houding die gekenmerkt wordt door niet willen wachten, maar een actief provoceren, uitlokken en tergen van het land. De natuurlijke processen worden genegeerd en men gaat zo ver in het tergen van het land tot aan het punt van een clear and present danger. Men daagt het land uit totdat men zelf een consequentie waarneemt. Deze consequentie wordt vaak niet vooraf gezien. Zo wordt bijvoorbeeld niet altijd het lange termijn effect voor het omliggende landschap goed gezien of zelfs maar onderzocht. Wanneer de consequentie te ver weg is, neemt bij de mens vaak de behoefte af om er rekening mee te houden.

Delen van de groeve zijn inmiddels gerecultiveerd en vormen nu een nieuw aangelegd bos van 13 km2. Dit lijkt enerzijds op een beheersing van het titanische, door het open gereten land terug te brengen naar een toestand die vergelijkbaar is met een ‘natuurlijke’ toestand. Anderzijds toont deze recultivering de gebrekkigheid van deze poging doordat een bos, in een natuurlijke en niet aangetaste toestand, een rijk systeem van micro-organismen in de bodem kent, die er na afbouw en recultivering zeker niet meer zijn, en ook niet zomaar terug kunnen keren. Het is een oppervlakkig ecosysteem dat er na recultivering ligt.

Recultivering toont enig inzicht, zij het zeer oppervlakkig, in de aard en consequentie van de technische uitdaging (heraus forderung) die de mens aan het land stelt. De nood tot helen komt op simplistische wijze aan het licht.

Vergeleken met vijftig tot honderd jaar geleden is in elk geval het inzicht gegroeid in de werking van complexe levende systemen en ook de wil om deze anti-titanische ingreep na benutting te repareren. Beheersing van het titanische is iets wat de goden in de mythologie uiteindelijk gelukt is, zij het dat deze strijd een eeuwig durend proces is. De mens begint nu wellicht aan een gelijke strijd, met als uiteindelijk doel echte meesterschap over techniek.

De bus toeristen staat aan de rand van dit titanische, industriële fenomeen met een mix van afgrijzen en bewondering. Wij kijken naar de cataclysmische kloof voor ons. Wij kijken naar het nieuwe, specifiek ‘menselijke’ landschap. We denken aan consequenties die we deels wel en deels niet beheersen. En we kijken naar Graafwielbagger 293. Graafwielbagger 293 is het grootste landvoertuig ter wereld. Het is 225 meter lang, 96 meter hoog en weegt 14.200.000 Kg. Bagger 293 is één van de anti-titanische werktuigen in bruinkoolmijn van Hambach. Deze machine negeert het dynamische, doorgaans evenwichtige spel tussen goden en titanen ten gunste van een behoefte aan energie. Zo anti-titanisch als de werking van bagger 293 is, zo titanisch verricht het zijn taak, namelijk puur onverschillig en gedreven door de eigen opdracht.

We zien hier meesterschap over machines, materialen en arbeidsprocessen. Maar techniek als fenomeen begrijpen is van een heel andere orde. Dit laatste is iets wat een klein handje vol mensen begrijpt. De meeste toeristen begrijpen dit echter niet, en voelen juist daarom zowel afgrijzen als bewondering. Hun toeristische trip wordt bovendien vervolmaakt met informatiebordjes met technische informatie. Vermaak met info waarvan je de essentie niet kunt zien is eigenlijk nogal surrealistisch. Dit beeld is illustratief voor een indrukwekkende plek als deze. Een betere tekst voor de informatiebordjes zou zijn:

Techniek is de god van de 21e en volgende eeuwen.
Dit ‘Gestell’ vergt zowel een strijd met jezelf, als ook met de goden als titanen.
Beheersing ervan heeft een magisch en faustisch karakter
Laat de eerste magiër geboren worden!

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Terug naar boven